maandag 13 juni 2016

ECHTE HELDEN ZIJN NOOIT MOE

Hoog oplopende druk op de plantage eigenaren zorgde in de 18de eeuw voor grote militaire operaties in Suriname om het steeds heviger wordende verzet van de Marrons de kop in te drukken.
De een na de andere plantage werd aangevallen en een met de dag groter wordende groep verliet de plantages om zich aan te sluiten bij het verzet in de bossen. De Marronstrijders zorgden ervoor dat de angst er goed inzat bij de plantage houders die met lede ogen moesten toezien hoe hun bezit in vlammen opging en hoe hun dwangarbeiders steeds meer oor kregen voor de roep om vrijheid vanuit de bossen .
Het verzet van de Marrons en Cariben en Arawakken  is in de Surinaamse historie de meest waardevolle strijd voor vrijheid geweest die geleid heeft tot meerdere vredesverdragen met de koloniale heersers en uiteindelijk resulteerde in afschaffing van het systeem van slavernij in Suriname. Het verzet van de Marrons en Cariben en Arawakken is ook het meest weggemoffelde historische gegeven in de psyche van de gemiddelde Surinamer die is opgevoed met wat in de Nederlandse geschiedenisboeken over onze strijders werd verteld.
In de 21ste eeuw koestert  het verzet tegen de regering zich  met de gedachte dat hun anti regerngs gezinde akties  gestoeld zijn op de eeuwenoude traditie van verzet van de Marrons en derhalve heldhaftig en juist zou zijn.
In werkelijkheid is de 'ik ben moe' oprisping, die goed gefinancierd en georganiseerd door het buitenland en  hoofdzakelijk het vertrek van de regering eist, een verlengstuk van het in Europa aanwezige verlangen om oude koloniale banden te herstellen. Dit verlangennaar herstel van de oude koloniale banden met Nederland, wordt vooral bij een kleine  elite gevoed door de wetenschap dat er dan wederom goed gebruik gemaakt kan worden van de in Suriname aanwezige natuurlijke hulpbronnen.
De tijden zijn veranderd en ook Suriname gaat gebukt onder de druk op de economische verhoudingen in binnen en buitenland, slecht of gebrekkig bestuur, voortdurende corruptie en steeds openlijkere roof van natuurlijke hulpbronnen door het wereldwijde Zionisme.
Het Joods Christelijk wereldbeeld van de 18de eeuwse plantage houder en koloniale bestuurder kenmerkte zich  door stricte segregatie en racisme. Met  de christen God in het vaandel  rechtvaardigde men  het behandelen van de zwarte tot slaaf gemaakte mensen als dieren en gratis arbeidskrachten.
Het valt niet te ontkennen dat de voortdurende roep  van gekozen parlementariers om activering van de anti-corruptie wet in ons land ook voor Suriname inhoudt dat het roer moet worden omgegooid en de graaiers ter verantwoording moeten worden geroepen. Het argument dat graaien vroeger gewoon was blijkt uit uitspraken als, 'pe yu e wroko ,drape yu mu nyan', 'winti way, lanti pay', en uit de dagelijkse praktijk van nepotisme en koop en verkoop van loyaliteit die in de economische en politieke wereld  nog steeds gangbaar is in het voordeel van de zogenoemde 1% elite.
De koloniale planters die in de periode van toenemend marron verzet en opstanden onder de dwangarbeiders op de plantages, zich verenigden en met hun prive legertjes en overheidssteun gewapend optraden tegen de aanvallen uit het bos  en op de plantages, hadden eigenbelang als motivatie.
Eigenlijk was de militaire macht van de plantage eigenaren en de koloniale overheid een onderdrukkingsleger dat alles wilde doen om te voorkomen dat het bezit dat tot dan toe schaamteloos werd vergaard, verloren zou gaan.
De marronstrijder was dus de 'schurk', terwijl de meedogenloze plantage eigenaren geprezen werden voor hun wrede slachtingen en publieke executies van aan de slavernij ontvluchtte mensen.
Het hedendaags 'ik ben moe' "verzet" is te vergelijken met de planters die met alle ter beschikking staande middelen terug wilden naar de tijd dat zij ongestoord en ongegeneerd hun macht konden uitoefenen.
In feite is de gemiddelde ondersteuner van de 'ik ben moe' activisten helemaal niet moe maar eerder boos omdat de veranderingen die zich in ons land en in de wereldeconomie voltrekken een duidelijke vemindering betekenen van hun eigen inkomsten. De bron van hun ongenoegen is het beleid van de regering die op basis van een democratisch gewonnen verkiezing meerderheid van stemmen heeft in het parlement en dus een ander beleid voorstaat dan de 'ik ben moe' financierder wenst.
 De volkswil zoals die in de democratie wordt gehanteerd is niet in lijn met de verlangens van de 'ik ben moe' activisten die het niet voor het zeggen hebben omdat hun politieke partijen zijn afgestraft door het kiezersvolk tijdens de laatste verkiezingen. Net als de koloniale planters destijds willen de 'ik ben moe' activisten  niet accepteren dat de tijd van ongestoord zakken vullen en gouden bergen verdienen over de ruggen van de onbetaalde arbeidskrachten voorbij is. De terechte eis voor vrijheid van de Marrons moest  toen gehonoreerd worden  en de enige oplossing voor de ontwikkeling van Suriname nu is niet aflatende inzet en eenheid met de meerderheid van Surinamers die niet moe, maar zeer aktief zijn en  niet willen dat hun land geherkoloniseerd wordt .
Het leidt geen twijfel dat corrupte elementen en naar herkolonisatie verlangende elementen in de surinaamse samenleving nog springlevend zijn en op basis van onze historie is dat ook niet zo vreemd.
Vier eeuwen  corrupte koloniale overheersing poets je niet in enkele decennia onafhankelijkheid weg.
De bekende Surinaamse wetenschapper professor Gloria Wekker heeft in haar recente publicatie opgeroepen om de "Witte Onschuld" nader onder te loupe te nemen, als wij verder willen gaan en gelijkheid en vrijheid zonder racisme willen bevorderen.
De Surinaamse bevolking is veerkrachtig en bereidt zich voor op nog zwaarder economisch weer waarbij de breedste schouders de zwaarste lasten moeten dragen. Surinamers kunnen niet moe worden omdat moe zijn geen optie is, niet voor onze voorouders die elke dag onder dwang hard werkten en niet voor onze hedendaagse vrije  gemeenschap die vooruitgang kiest en weet dat de bemanning van het schip pas na de storm kan rusten.
Aan de vooravond van herdenking van de  afschaffing van de slavernij is het goed te beseffen dat in onze regio reeds verregaande stappen zijn gezet naar herkolonisatie van de volkeren van Argentie, Brazilie en Venezuela, waar democratisch gekozen regeringen middels  door buitenland gefiancierde interventies ten val zijn gebracht. Ook in Suriname is met de komst van het IMF regime alle waakzaamheid geboden om te voorkomen dat het zogenaamde 'ik ben moe' fenomeen gebruikt wordt om onze democratisch gekozen regering ten val te brengen en de met grote moeite verkregen vrijheid weer ondergeschikt te maken aan de in Nederland broedende neo koloniale racistische uitbuiters klasse.
De Marrons , Arawakken en Cariben die verzet leverden waren de echte helden die nooit moe werden en systematisch hebben gestreden tot de onderdrukkers uit Nederland beseften dat er geen kolonie zou overblijven als zij geen gehoor gaven aan de eisen van de verzetsstrijders.
Laten wij niet de fout maken om de echte helden te verwarren met futu boi van in het buitenland zetelende aasgieren die niet moe worden van hun pogingen om de Surinaamse rijkdommen in hun bezit te krijgen en er niet vies van zijn om de 'ik ben moe' activisten voor hun karretje te spannen.

Martha Tjoe Nij
mit2016






maandag 6 juni 2016

KIES VOOR HET MILIEU


KIES VOOR HET MILIEU  EN NIET VOOR PLASTIC 

Wereldwijd worden per minuut ongeveer een miljoen plastic zakjes  eenmalig gebruikt, Dit komt neer op 150 plastic zakjes per jaar per persoon en het aantal neemt toe. 
Ook in Suriname is het gebruik van plastic de gewoonste zaak van de wereld, we staan er zelden bij stil dat alle plastic uiteindelijk in het milieu terecht komt en daar 20 -1000 jaar lang blijft rondzwerven in de grond, in het water en in de lucht. 
De vervuiling door  plastic consumptie gaat ongemerkt.
De  plastic cups, bordjes, rietjes, roerstokjes , plastic tasjes , handschoenen en nog zeer veel andere plastic producten zijn een onderdeel van ons dagelijks leven en weinig mensen staan stil bij het effect van plastic op ons milieu. Wat zou er gebeuren als we de keus hadden om voor het milieu te kiezen en wereldwijd  nee zouden kunnen zeggen tegen de plastic rietjes,cups, bordjes, roerstokjes en plastic tasjes die automatisch worden aangeboden bij uw drankje of maaltijd of bij aankopen. 
Momenteel zijn er 5.25 triljoen stukjes plastic afval in de oceanen. Van deze plastic massa drijft 269.000 ton aan de oppervlakte terwijl ongeveer 500 miljard plastic deeltjes per vierkante kilometer de dieper gelegen wateren van de oceanen vervuilen. (bron:http://oceancrusaders.org/plastic-crusades/plastic-statistics/)
Wat zou het betekenen voor de fabrikanten en consumenten van plastic artikelen en voor het milieu als we niet langer weggooiden maar overgingen tot vervanging?
De oceaan is vol met plastic en er zijn al bedrijven begonnen om het plastic te produceren dat een korte levensduur heeft en plastic  te verzamelen en te recyclen in plaats van meer plastic toe te voegen aan de 'plastic soep' in onze oceanen.  
plastic tasjes en vuilniszakken vervuilen dagelijks
In Suriname wordt het binnenland met haar tropische oerbos steeds vaker bezocht door binnenlandse en buitenlandse toeristen.De toerisme industrie heeft er alle belang bij om het milieu in stand te houden en zodoende de kwaliteit van het aangeboden toeristisch product te garanderen. Vele toeristen hebben al vastgesteld dat het plastic in kreken, rivieren en bospaden in het binnenland van Suriname niet meer een uitzondering is. Het maagdelijk bos wordt vervuild door de mens die plastic cups, lepels, vorken en rietjes keer op keer meeneemt en achterlaat. De touroperators moeten in de toekomst niet  verbaasd kijken als de  tourist eist dat er tijdens de aangeboden tour geen plastic gebracht mag worden naar het binnenland.  De invloed van plastic op ons milieu is ingrijpend, de plastic fles of plastic tas verandert door de jaren heen in minuscuul kleine deeltjes plastic in ons water die  door vissen  worden opgegeten. Deze vissen worden door andere zeedieren en ook door de mens gegeten. Het water in de oceaan verdampt en wij ademen de lucht in  die  ook kleine deeltjes plastic bevat, die ons lichaam vervuilen.  De oceanen en rivieren leveren ons water, lucht en voedsel en wij moeten ervoor waken dat de mens deze belangrijke bron voor overleving niet verandert in een door plastic vergiftigd natuur element dat een gevaar is voor onze gezondheid.
schildpad  vervorming door verstrikking in plastic
De direkteur van de Dienst Toerisme,  in Suriname, Jerry Akum,sprak onlangs op social media zijn afschuw uit over de gewoonte van de Surinamers om gewoon hun gebruikte plastic cups en voedsel bakjes op straat te gooien .De vervuiling van het  milieu die hierdoor ontstaat heeft als neven effecten dat er verstoppingen optreden en dat het stadsbeeld niet echt aantrekkelijk is voor de  tourist die ons land bezoekt. Als wij kiezen voor het milieu zullen wij plastic moeten vervangen en recyclen om te voorkomen dat het plastic monster ons, de mens,  uiteindelijik ook uitschakelt. Per jaar sterven ongeveer een miljoen zeevogels als gevolg van plastic consumptie en 100.000 zeedieren sterven jaarlijks omdat zij verstrikt raken in plastic.Ten minste tweederde van de  vis voorraad in de wereld heeft last van plastic consumptie, omdat vissen plastic voor voedsel aanzien. Een plastic zakje kan meerdere dieren doden omdat het  plastic weer vrij komt nadat een dier is gestorven en hetzelfde zakje kan dan weer in het voedsel van een ander dier terechtkomen. Wetenschappers hebben intussen al 200 gebieden in de Oceanen aangemerkt als 'dode zones' omdat daar als gevolg van plastic vergiftiging geen levende organismen meer kunnen groeien. Wereldwijd worden elke dag 13.000 tot 15.000  stuks plastic in de oceaan gegooid. 
Wij staan er niet bij stil dat elke petfles, cup of lepel die in de goten, rivieren en kreken beland  uiteindelijk op x dag in de oceaan terecht komt .
Saramacca rivier te Groningen Surname
We beseffen te weinig dat als gevolg van  de toemende hoeveelheid plastic in de oceaan, de zuurtegraad van het water steeds hoger wordt wat weer  leidt tot  'zure' regens. In sommige landen hebben zure regens al voor afsterven van hele stukken bos gezorgd. Naast de individuele keus om geen plastic te gebruiken en in restaurants, hotels en winkels te vragen om plastic vervangende producten,  kunnen burgers ook eisen dat de overheid wetten aanneemt , die het milieu beschermen tegen plastic. Door  belasting te heffen op plastic producten, kan indirect het plastic gebruik afnemen. Vraag jezelf af hoeveel plastic jij hebt toegevoegd aan de 46.000 stukjes plastic die per vierkante kilometer rondzwerven in onze oceanen. Gelukkig worden ook in Suriname in toenemende mate initiatieven ontplooid om plastic gebruik te verminderen. Een voorbeeld is de herintroductie van  het gebruik van natuurlijke materialen.  Zo is het gebruik van  banane blad  en Leli blad als vervanging voor een plastic bord  inmiddels 'trendy' aan het worden,omdat het gezien wordt als een teken van bewustzijn over de  bescherming van ons milieu. Kiezen voor het milieu is in ieder geval niet kiezen voor plasic en betekent een drastische verandering in ons doen en denken, maar heeft op lange termijn meer voordelen dan nadelen. Doorgaan op dezelfde weg is gegarandeerd destructie van ons milieu en daar kiest niemand voor.


maandag 30 mei 2016


Het Surinaamse stadje Groningen aan de Saramacca rivier is niet alleen de hoofdstad van het District Saramacca maar is tevens de toeristische trekpleister voor veel Nederlandse toeristen die met hun eigen ogen  tropisch Groningen willen zien.
Het stadje aan de Saramacca rivier  dankt haar naam aan de Nederlandse  militair Jan Wichers die   gouverneur van Suriname  was. Wichers liet in een bocht van de Saramacca rivier  in 1790 een fort bouwen in het kader van de koloniale verdedigingslinie tegen aanvallen van inheemsen en Marronstrijders. Wichers  noemde het fort Groningen naar zijn geboortestad in Nederland. Menig Nederlandse bezoeker van  Groningen in Saramacca zal de indrukwekkende rivier oever met dichtbegroeid mangrove bos aan de overkant van Fort Groningen met gemengde gevoelens bekijken.  Het was immers daar dat het drama van de mislukte kolonistie van nederlandse boeren zich voltrok .  De arme boeren die de economische malaise in Nederland beu waren en als economische vluchtelingen vertrokken naar Suriname, zochten hun geluk tegenover fort Groningen op plantage Voorburg . De koloniale geschiedschrijver Wolbers bericht over het bezoek van gouverneur Van Raders aan Groningen op  15 october 1845, in de periode dat wanhopige Nederlandse boeren radeloos om hulp vragen, omdat de droom van vestiging in Suriname een nachtmerrie was geworden. De Nederlandse boeren waren op 10 Mei 1845 met de  schepen  Susanna Maria en Noord-Holland met aan boord 208 personen, vertrokken naar Suriname om zich daar te vestigen en veeteelt tot ontwikkeling te brengen.
Groningen aan de Saramacca rivier 
"In den morgen van den 21sten Junij 1845 bereikte de Susanna-Maria Voorzorg, doch welk eene teleurstelling beidde daar de hoopvolle kolonisten! De voorbereidende maatregelen ter hunner ontvangst waren weinig gevorderd; de som van vijftig duizend gulden daaraan besteed, was als weggeworpen. Eenige hutten met strooijen (palmbladeren) daken, sommige nog maar half voltooid, in eene regte lijn tegen den groenen horizon van ondoordringbaar bosch, leverden een weinig uitlokkend gezigt voor de kolonisten op.Toen het anker was gevallen, hadden er aan boord van het schip ijzingwekkende tooneelen plaats. Vrouwen en kinderen jammerden en schreiden; de mannen liepen, bij den aanblik hunner bestemming, als wanhopenden en woedenden over het dek. De meesten weigerden om van boord te gaan; eenigen, die nog gelden bezaten, boden dezen den kapitein voor de terugreis aan." (Wolbers, Geschiedenis van Suriname)

Binnen een maand na aankomst stierven meer dan de helft der aangekomenen en het gelukte dominee van de Brandhof, wiens naam nog steeds verbonden is aan een straat in  de hoofdstad van Saramacca,om met steun van gouverneur van Raders een 50 tal woningen te laten bouwen voor de kolonisten uit Nederland.

"Ds. Brandhoff had bij zijne komst de plaats de vestiging Voorzorg, als zeer ongezond, afgekeurd en liet nu op den tegenovergestelden post Groningen een vijftigtal woningen maken, die ieder ƒ700.- dus te zamen ƒ35,000 kostten.Twee honderd delfnegers en timmerlieden werden hiertoe in het werk gesteld en de kolonisten betrokken achtereenvolgens de woningen en erven." (Wolbers, Geschiedenis van Suriname)

In totaal 189 kolonisten vonden de dood  op de plantages Voorzorg en Mijn Vermaak. Nazaten van  overlevenden van toen behoren  vandaag tot bekende welgestelde Boeroe families in Suriname die over de beste gronden beschikken en fortuin hebben weten te maken in Suriname.
Het waren de zgn "delfnegers" en timmerlieden die de huizen bouwden want het was de periode van slavernij in Suriname en hoewel de witte elite in Paramaribo neerkeek op de arme boeren die hun geluk kwamen zoeken in Suriname, was zelfs de armste boer uit Nederland geen slaaf in de Nederlandse kolonie. 
De slaven waren de nazaten van uit Afrika geroofde zwarte mensen.  De authoriteiten in een  koloniale- op racisme geschoeide samenleving,namen het de boeren kwalijk dat zij de 'orde' kwamen verstoren, door als witte  boeren landarbeiders het werk te doen dat in de gesegregeerde maatschappij slechts door zwarten gedaan werd. Het gebrek aan steun uit Paramaribo is een van de oorzaken voor het mislukken van de kolonisatie van boeroes in Groningen.

 
Tijdens een  recent bezoek aan Groningen met een groep toeristen uit Rotterdam wilden de toeristen vooral weten waarom het   stadje de naam Groningen kreeg. Op een bloedhete tropische middag  in de felle zon Groningen in Suriname  bezoeken is voor de moderne Nederlandse toerist een bijzondere ervaring. Een stukje herkenning in wat vroeger Nederlandse kolonie was en waar je nu de vreemdeling bent die in Groningen wordt herinnerd aan het slavernij verleden van de boeroes . Door te reizen doe je indrukken op en  het was frappant om een Nederlandse toerist het verband te horen leggen tussen de economische vluchtelingen uit de 19de eeuw die hun geluk kwamen zoeken in Suriname en de moderne situatie van vluchtelingen in Europa die overal geweigerd worden.De Nederlandse toerist  weet dat er  in Noord Nederland ook een grote stad Groningen ligt waar ook veel Surinamers wonen die in Nederland open en bloot worden gediscrimineerd. Het stadje Groningen is een toeristische asset van het district Saramacca voor de toerist die cultureel erfgoed waardeert en de confrontatie met het verleden aandurft.




maandag 23 mei 2016

SOEKTSA JUNGLE SURVIVAL CAMP


Wil je kennismaken met de jungle, heb je een goede conditie en ben je bereid om te zweten? Het is een kwestie van dapper zijn en doorzetten want wie deelneemt aan het SOEKTSA JUNGLE SURVIVAL CAMP  aan de Hendrik Jan Tjoe Nij weg te plantage Misgunst in Saramacca, moet grenzen verleggen , uithoudingsvermogen hebben en van avontuur houden. 


Wees dapper en durf de uitdaging aan van vrijdag tot zondag. Je moet opletten en goed volgen welke instructies en welke informatie wordt aangeboden want je hebt alles nodig. 
Leer op plantage Misgunst hoe de  vruchtbomen en hun vruchten ,
sinasappel,pommerak,amandel,birambi,sapotille,zuurzak en tamarinds er uitzien en smaken.
 In de workshop 'Saramacca Nu' wordt informatie en kennis over het district Saramacca gedeeld en aangevuld.  'Wat is cultuur' is een workshop waarin elke stap in de plantage geschiedenis aan de orde komt en men uit eigen kennis moest putten om de verbanden tussen geschiedenis, wonen, geloven, eten, natuur en cultuur te kunnen leggen. 
Het bos als grootste supermarkt die ons eigenlijk alles biedt wat we nodig hebben om te leven, wordt van verschillende invalshoeken bekeken en de kennis van Surinaamse  bouwstijlen komt ook aan bod. 
Zaterdag ochtend begint  een zware tocht met volle bepakking richting bivak in het regenwoud .  
Het is Niet vreemd als je je  gedurende de wandeling afvraagt 'waar ben ik aan begonnen?' 
In het bivak is het  hard werken om de lokatie die door de survival trainer wordt geselecteerd  gereed te maken voor de nacht. Zelf houtsprokkelen in de jungle onder begeleiding van de gids en zelf eten koken  op een houtvuur. Het hout en de bladeren die bij het schoonmaken van het bivak op een hoop werden gegooid  gaan in vlammen op en jagen de muskieten weg. De rook en vlammen houden  de wilde dieren (brul apen, bosvarkens en tijgers) op afstand. Het Misgunst regenwoud is de woonplaats van de macca slang, de luiaard, de tijger, de boa constrictor, wilde zwijnen en duizenden vogels , spinnen en insecten.  De mensen komen op bezoek in hun woongebied en worden warm onthaald door de vele muskieten.Tijdens het bivak in het regenwoud is team spirit cruciaal om te overleven. De opdrachten van de survival trainer moeten in teamverband worden uitgevoerd, iedereen doet mee! De kookplaats, de Baleh Baleh, het afval gat, de latrine en pispaal en het grote kampvuurtje horen tot de taken. Na een zelf gekookte lunch en een lange boswandeling naar het eind van het junglepad volgt een kampvuursessie waarna men in het bivak al vrij snel in slaap valt  in de hangmatten die tussen de bomen worden gehangen.
Zondag ochtend wordt na ontbijt en ochtendgymnastiek  het bivak  ontruimd en via het Misgunst JunglePad weer  terug gelopen naar de plantage . Daar kan men na twee dagen eindelijk van een heerlijke douche genieten gevolgd door  een warme maaltijd . Aan deelnemers wordt ten slotte een certificaat van deelname met goed gevolg uitgereikt. 
Het SOEKTSA JUNGLE SURVIVAL CAMP  is voor de gezonde, avontuurlijke bezoeker die iets onvergetelijks wil ervaren en niet bang is oog in oog met de Surinaamse jungle te staan. 
'Het was zwaar' , 'ik heb wel dingen geleerd die ik nog niet wist', 'wie wil mag komen ik heb het al gedaan',  waren enkele van de opmerkingen van deelnemers. 

Durf je ook mee te doen? Maak dan contact.

Wie belangstelling heeft voor deze training en  bereid is US $ 100,-- te betalen kan zich opgeven voor deelname  via email: soektsa@gmail.com , telefoon 00597  8880484 : Martha Tjoe Nij 
Stichting SOEKTSA, adres : H.J. Tjoe Nij weg 6A perceel 113 Misgunst Saramacca. 
De stichting SOEKTSA staat voor Suriname Onderzoek Educatie Kunst Toerisme in Saramacca.

vrijdag 20 mei 2016

SURINAME HOSPITALITY EN TOERISME

De nieuwe koers die Suriname vaart op het gebied van ontwikkeling van toerisme heeft verregaande konsekwenties voor de Surinamer. Immers de Surinamer dient zich gastvrij en vriendelijk  op te stellen om zodoende de toerist het naar de zin te maken in de hoop dat de toerist een volgende keer weer voor Suriname kiest.
Deze houding heeft te maken met wat in de toeristische wereld de hospitality component van toerisme wordt genoemd. De hospitality component heeft te maken met bewustzijn , vakkennis, beleid en persoonlijke overtuiging dat het belangrijk is om de toerist/bezoeker van je land, district, of wijk zich welkom te laten voelen gedurende het verblijf. De hospitality component staat voor gastvrijheid  en de toerist zoveel mogelijk  van dienst  zijn vanaf aankomst tot vertrek.
ChantalRijkaard
 Manager Carifesta XI Districten Festivals
De Surinaamse regering heeft, in het kader van de diversificatie van de nationale productie en de potentie van Suriname als toeristische trekpleister, besloten om te investeren in opleidingen in de toerisme branche. Op de begroting van de Dienst toerisme , welke valt onder het ministerie van TCT, is een flink deel van het budget gereserveerd voor opleiding van mensen die zich willen bekwamen in beroepen die met toerisme te maken hebben. Het spreekt voor zich dat de opleiding van vakkrachten voor de toerisme branche veronderstelt dat deze mensen na beeindiging van hun opleiding voldoende kans hebben op een baan in een van de toerisme sectoren. Dit vergt uiteraard gedegen planning en deskundige investering in de promotie van Suriname als toeristische trekpleister,  want  zonder toeristen zijn er geen banen. Hiermee is de kring rond, wie zich als toerist niet prettig of welkom voelt in een land zal niet lang blijven en geen goede verhalen vertellen bij terugkeer. Wie zich onheus of onprofessioneel benaderd voelt tijdens  verblijf in een van de toeristische oorden in ons land zal daarover niet al te best rapporteren bij terugkeer naar huis. De toerist die zich voorneemt om een vakantie in Suriname te boeken en op Facebook een waterval van negatieve berichten van Surinamers over Suriname over zich heen krijgt, zal zich twee keer bedenken om naar Suriname te komen. Kortom de keus om Suriname buitenlandse valuta te laten verdienen uit de toerisme sector, houdt meer in dan 'mek den toerist kon wi e wakti den.'
Sherida Mormon
Manager Suriname Heritage Festival 

De hospitality component werkt door op alle fronten en heeft naast bewustwording en economisch voordeel ook het element innovatie in zich. Innovatie of vernieuwing van het toeristisch product moet elke gids, hotelhouder, bareigenaar, cafehouder, taxibestuurder, bed en breakfast eigenaar, touroperator, arts en crafts producent scherp houden om de eigen producten op nivo te brengen en steeds aan te passen zodat de toeristen blijven komen.  Wie nu de hele dag in alle toonaarden roept 'weg met de regering', 'Suriname is niks, we zijn moe' en dergelijken zal voor een toerist misschien eventjes een foto op het plein opleveren of aan de bar een interessante topic zijn, maar heeft in werkelijkheid geen positieve invloed op de inspanningen van anderen om de toeristen hier binnen te krijgen en terug te laten komen.
Stanley Sidoel
Directeur Cultuur MINOW
Denki a tori, I love Su ma mi e trowe doti alla sey, of, I love Su en mi e hori en krin! Dit zijn twee varianten I love Su . Een jonge werkeloze man die in staat is om in de mooiste kleren op facebook te vragen hoe hij groenten gaat kopen voor zijn vrouw en kind moet ook in staat zijn om een foto te zetten van de groenten die hij zelf voor ze plant en verkoopt aan hotels of restaurants.  De hospitality begins at home, dat wil zegggen efu yu wani den toerist e kon baka , yu musu sorgu den e firi switi, efu yu wani a toerisme sektor e gro ini yu district yu musu denki fa yu e hori a tori krin anga switi. De regering kan nog zoveel willen maar als er niet wordt geinvesteerd in de goede producten zullen de inkomsten uitblijven.  Als de regering niet ondersteunend bijspringt om particuliere initiatieven bij te spijkeren en op internationaal nivo te brengen zal het lang duren voor Suriname daadwerkelijk als 'Gastvrije Top' lokatie bij de wereld toeristische gemeenschap te boek staat.
Bakaa Boto Sula
Suriname rivier
De tour operators, luchtvaartmaatschappijen en cruiseboot maatscappijen zijn net als hotels en andere logeergelegenheden afhankelijk van wat de klanten kiezen. Hoe ga je de toerist vertellen om van je land te genieten en in je land een leuke tijd door te maken als je niet gastvrij bent naar je eigen land toe , laat staan naar de bezoekende vreemdeling die enkele dagen hier vertoeft. De gedachte dat Surinamers niet genieten van hun eigen oerwoud klinkt vreemd maar is niet ver van de waarheid, want de meeste stadsbewoners gaan zelden of nooit het oerwoud in, anderen gaan nooit de stad uit. Toch is het oerwoud een van de plekken waar buitenlandse toeristen graag vertoeven als ze in Suriname zijn. Stel je voor de stadsbewoner ontmoet een toerist die vertelt hoe leuk het was in het binnenland en de stadsbewoner zegt ,' wie ik, ik ga nooit het binnenland in, ik ben bang voor het binnenland'. Dit is denkbeeldig maar niet ondenkbaar  in Suriname.

Moengo Magic
Tembe Arts Studio 
De nieuwe communicatie middelen, en het verbeterde wegennet in Suriname bieden mogelijkheden om met een gezonde hospitality attitude en vakkrachten een booming tourism industry te ontwikkelen die Suriname als groene , schone natie neerzet en bevoegd  toerisme personeel aan het werk zet om toeristen tevreden te stellen  zodat ze positieve verhalen vertellen bij thuiskomst en anderen inspireren om ook naar Suriname op vakantie te gaan. Gastvrijheid  wil niet zeggen dat je jezelf vergeet of doet alsof.
Pompelmoes
Misgunst Eco kamp Saramacca 
Gastvrijheid wil zeggen dat je weet waarom je de toerist geeft wat hij of zij vraagt ook al is het soms niet wat jij zou doen. Als de toerisme branche op Curacao weet dat er op dag x om vier uur een cruise schip binnen vaart met een paar duizend gasten,  komt het hele toerisme/hospitality apparaat in aktie en is het feest voor de bezoekers vanaf ze voet aan wal zetten tot vertrek. Eindstand; als de boot weg vaart met goede herinneringen is de toerisme werker goed beloond voor de inzet.
Ontevreden toeristen geven namelijk nooit iets extra. Suriname heeft zich extra ingezet in 2013 om toeristen uit de hele wereld te ontvangen tijdens CARIFESTA XI en de resultaten zijn er.  In het Fairaili  rapport over Toerisme in Saramacca staat het volgende;

'Carifestamaand augustus 2013 , in de periode tot en met september hebben maar liefst 182.402 toeristen ons land bezocht, oftewel een groei van 4.3% ten opzichte van 2012. Er werd een fikse daling bij de taditionele markten VS(5374 bezoekers, daling 10.0%), Canada (1325, -21,2%) en Europa (72.551, -7,7%) geregistreerd, maar in de overige landen was in de toestroom naar Suriname een groei van 16.4% merkbaar. 
  • In de onderzochte periode arriveerden maar liefst 103.152  buitenlanders uit overige gebiedsdelen in Suriname, wellicht voornamelijk afkomstig uit de directe Regio en Azie.'
Het hospitality gehalte van de Surinamer  zal in belangrijke mate mede bepalen hoeveel toeristen terugkeren naar ons land en hoe goed wij als toeristische bestemming te boek zullen staan. 

Martha Tjoe Nij

zondag 15 mei 2016

THREE FRONTLINES ON SURINAME'S BORDERS

Suriname is a peaceful nation with a peaceful population which has had its fair share of colonial exploitation and internal dirty war in the past centuries.
The recent economic free fall of the Surinamese dollar and subsequent sharp rice in prices of basic commodities has added Suriname to the list of Latin American and Caribbean countries where a growing popular protest is demanding change of government. Current regional developments in South America do not bode well for Suriname's  relations with its neighbors French Guyana , Guyana and Brazil.


Three border areas which need to be protected by our National Army have recently become zones where a possibility of foreign enemy attack is not unimaginable.
First zone of attention is in the East. Goldmining along Suriname's  Marowijne river area has attracted fortune seekers from all over South America, particularly from Brazil who have flocked together  in what is now called Suriname's 'Wild West' in the East. In an attempt to curb illegal goldmining on the Marowijne river, French and Surinamese  law enforcement authorities have recently confiscated and destroyed goldmining equipments and gold from so called Garimperos (armed Brazilian gold miners),the latter did not shy away from attacking French Guyanese officials in search for confiscated gold and using fire arms in their attack, before fleeing to the Surinamese side of the Marowijne border.
This  breach of peaceful coexistence between Suriname and French Guyane is caused by foreign nationals who use Suriname as a hide out and disappear in a goldmining "Wild West" in the eastern border area, inhabited by  more than 4000 goldminers who work for Surinamese nationals.
The second zone is on the Western border  where Suriname  is still dealing with an old border dispute over the so called contested "Tigri Area" where both Guyana and Suriname claim ownership over a substantial piece of territory along the Corantyne river.
Although several multilateral and bilateral talks have been held concerning this territorial dispute it still has not been officially settled, which leaves Suriname no other choice that to defend its territory if Guyana should occupy or confiscate  Surinamese territory. In essence the colonial maps which the British and Dutch Kingdoms drew in the past left room for error and dispute. For decades the Suriname/Guyana border dispute  has been left unresolved and is still a potential ticking time bomb. In view of Guyana's stance towards Venezuelan claims on Guyanese territory which led to international mediation to cool down the tensions between Venezuela and Guyana , Suriname had to take defensive precautionary measures on its Eastern border.
The third zone is our Southern border with Brazil. The recent undemocratic power grab in Brazil caused the popular Dilmah Roussef presidency to be replaced by USA sponsored, all white, male Temer government, which does not even have 1% support from Brazilian voters. The new corrupt Brazilian leadership has already made its conservative policy statement and  Suriname has to be prepared for social and political unrest in Brazil. The nomadic peoples which are indigenous inhabitants of the southern border territory between Brazil and Suriname can be expected to become pawns in the major operations under USA direction aimed at confiscation and control of  natural resources in South America, including Suriname's natural resources.
It is a matter of time before the pressure on Venezuelan and Brazilian 99% is reason for escalation of armed aggression against them and Suriname had better take precautions before it is too late, like they say in a Surinamese proverb. Dringi dresi,wakti Siki which translates as drink your medicine before you get ill.

maandag 9 mei 2016

SURINAME TRAVEL & TOURISM


Misgunst Plantation in Saramacca district in  Suriname


Recent data on the republic of Suriname's tourism industry are optimistic for the longterm expectations and show  growth compared to  our Carifesta year 2013. The direct contribution of Travel & Tourism in Suriname to GDP was  SRD 227.3mn (1.2% of total GDP) in 2015, and is forecast to fall by 0.2% in 2016, and to rise by 4.2%pa, from 2016 - 2026, to SRD 342.1mn (1.1% of total GDP) in 2026.'                                                                                                                                                     'The total contribution of Travel &Tourism to GDP was SRD 557.1mn (2.9% of GDP) in 2015, and forecast to fall by 0.6% in 2016, and to rise by 4.2%pa to SRD 837.8mn (2.8%of GDP) in 2026'
Free Mason Lodge in Paramaribo, Suriname
 In spite of the forecast of decline in 2016,   tourism will gain momentum in the coming decade according to data  published by the World Travel Tourism Council in March 2016.                                                                                                                                           
In its Annual report  on Economic Impact of Travel & Tourism  the WTTC  ranks the smallest American country Suriname out of 184 countries  'nr. 174   for it relevance of Travel and Tourism for total contribution to GDP,                                                                                                                                                            nr.181,
at  for its size in 2015 in terms of Absolute impact,                                               
at nr. 170   for its relative size and contribution to GDP in 2015,and                              at nr 97   for its long term growth  forecast 2016-2026.                                     'Leisure travel spending is expected to grow by 0.3% in 2016 to SRD 371. 6mn, and rise by 5.1% pa to  SRD204.7mn in 2026.                                                                  Business travel spending is expected to grow by 05.% in 2016 to 168.4mn, and rise by 2.0% pa to SRD 204.7mn in 2026'                           

City center of Suriname's capital Paramaribo
                                                                                                 Suriname has a short distance to climb uphill to reach the 2006 level of tourism revenues and  should be able to move beyond towards sustainable expansion of the Travel and Tourism industry . In 2015  Travel and Tourism accounted for 5,500 jobs  and this figure is expected to rise in the next ten years to 6000 jobs in 2026. Forecasts predict an increasing  foreign  and local tourist spending contribution to our GNP.
Saramacca District 
Although Suriname is nowhere near the countries which systematically and substantially boost their national  income with revenues from the Travel & Tourism industry the expectations for growth are clearly indicated  for the coming decade.
 survival camp in the Jungle

Suriname's government will be investing heavily in education in tourism related professions  such as, hospitality hosts, tour guides/translators, tourism planners, tour operators, tourism managers and  also legal measures are scheduled to upgrade Suriname's  Travel & Tourism industry. It is important to note in this respect that our National carrier SLM has the European Amsterdam Schiphol and USA Miami as well as  regional Curacao, Brazil, Venezuela, Guyana, Trinidad connections and  is thriftily working at improving its destination package to open up gateways to Suriname . This is an important element of the total improvement package that is needed for  tourism branding and marketing of Suriname.
guests arriving at Misgunst plantation
Suriname's tour operators who are the first to feel  a drop  in tourist visits, are already looking for common grounds  to improve their services and are looking for investors who can help develop the tourism industry in Suriname.
  Senior Ferdi empowering youths at Misgunst plantation
The SOEKTSA foundation which started SOEKTSA Jungle Survival Camp tourism  at Misgunst Plantation in
Misgunst Jungle Path in Saramacca district.Suriname
the Saramacca district in 2014, is expecting to see more cooperation between various stakeholders  to boost the tourism industry in Suriname on all levels. District tourism which is promoted by Jaya Experience Suriname,  is a viable option which deserves  serious investment and can offer a variety of  feasible contributions to the national package of tourist destinations in Suriname. Support from the ministries of Trade, Industry,Education, Tourism and Communication  can strengthen operations of local entrepreneurial activities  in Eco tourism , Education tourism, Wellness tourism , Agro tourism and multi-cultural Arts and crafts production & sales.
team building exercise in the tropical rainforest at Misgunst plantation
Jungle survival training  in the jungle at Misgunst  

Without cooperation no substantial change will be achieved. Experts have already suggested a cooperation between Suriname and Dutch speaking Caribbean Islands, to offer tourists packages which include sun, sea, beaches as well as Suriname's tropical rainforest and multi cultural, musical diversity



Foreign Affairs is trying to find cooperation and investment contracts to boost our economy as a whole and our Travel and Tourism in particular. These efforts could expand the traditional Europe focused tourist marketing to Dutch speaking countries  Netherlands, Belgium and also to Germany , Austria and Switzerland  and should also open up new markets for Suriname in the Middle East, Africa , China and Asian nations 
The data on Suriname's tourism don't lie and planning  as well as monitoring a strategy for the coming decade is crucial, to successful branding and marketing of Suriname as a favorite tourism hub. A clearly defined and nationally supported tourism strategy  is the only way to boost our economy with revenues from the Travel & Tourism industry. It is time everyone realizes that Suriname has no other  option if it wants to earn its share  in the booming  global tourism business.
Martha Tjoe Nij
SOEKTSA Foundation